woensdag 25 februari 2015

Achterstallig onderhoud: Robert Wolfe Bangschool

Eind vorig jaar blijven liggen: Bangschool van Robert Wolfe. Wolfe is mijn soort schrijver: zijn avonturen beginnen in de alledaagse, Hollandse werkelijkheid, waarin zijn helden een deurtje weten te vinden naar een ándere werkelijkheid. De lezer kan dat, als hij goed zoekt, ook vinden. En dus kijk je de volgende dag met andere ogen naar de wereld om je heen. In Bangschool volgt de eenzame Mads Wester een spoor dat speciaal voor hem getrokken is - 'als met een frietje in de appelmoes' - en ontdekt bruggetjes en steegjes tussen flatgebouwen die hij alleen kent. Zo komt hij terecht in een school waar je leert om bang te zijn. Écht bang zijn. Als hij slaagt voor zijn toelatingsexamen wil Mads nog maar één ding: wegwezen. Robert Wolfe (1967) werd geboren in Australië en groeide vanaf zijn achtste op in Nederland. Net als Roald Dahl is hij een schrijver met een vliegbrevet. Die Angelsaksische bravoure en fantasie zie je terug in zijn boeken. Maar de belofte die ik meende te zien in zijn verrassend intelligente en onderhoudende debuut Joshua Joshua Tango deed, maakt Robert Wolfe in zijn latere boeken niet écht waar. Hij blijft te veel hangen bij wat grote schrijvers al gedaan hebben. Wat geen reden is om er niet lekker mee door te gaan. Fijn om te lezen blijft het.